Naar overzicht
Begrijp ik je nou goed?!
Hoe onze taal ons kan helpen maar ook stevig op het verkeerde been kan zetten blijkt uit onderstaand voorbeeld. Zo werkte ik met een team waarin afspraken slecht werden nageleefd. Afspraken die toch goed en helder waren uitgesproken, zo dachten de teamleden. Tijdens een sessie met het team vroeg ik de teamleden om in hun hoofd een hond te nemen. Even later stelde ik vragen over het plaatje in het hoofd van de teamleden. De ene zag een Golden Retriever, zijn buurman een overactieve, continu blaffende Jack Russel en weer een andere het schoothondje van zijn oude tante. Één woord, meerdere perspectieven……
We spreken toch allemaal dezelfde taal dus hoe moeilijk kan het zijn om elkaar goed te begrijpen?! Nou, best wel moeilijk. Zo blijkt. De aanname dat een woord voor eenieder van ons eenzelfde betekenis heeft is in mijn ogen onjuist. Natuurlijk, je kan de betekenis van een woord opzoeken in een woordenboek. Zo kom je in elk geval bij een vastgestelde definitie. De definitie van een woord is een vaststaand iets maar het zegt helemaal niets over onze relatie tot een woord. Die relatie is namelijk altijd gekleurd én contextafhankelijk.
Ons eigen referentiekader of onze eigen context(en), mede gevormd door onze opvoeding, culturele en religieuze achtergronden, bepalen hoe wij een woord ervaren en interpreteren. Zo sprak ik ooit met een gezin over het verdriet dat men heeft over een reeks zeer ingrijpende gebeurtenissen in hun leven. Er bestond veel onbegrip tussen de gezinsleden over hoe dit verdriet tot uiting kwam. Zo vond de moeder dat haar partner veel te weinig meedeelde in de pijn van het gezin. ‘Hij is nooit echt verdrietig’ was een vaak gehoorde uitspraak. Het gaf zowel moeder als de twee kinderen het idee dat vader het allemaal veel minder erg vond wat hen allemaal overkomen was. Hetgeen weer tot gevolg had dat er op meerdere vlakken onbegrip ontstond, er conflicten waren en men de onderlinge verbinding wat kwijt was geraakt.
Ik besloot het woord ‘verdrietig’ verder te onderzoeken met het gezin. Al snel ging het over de uitingsvormen van verdriet. Afzonderlijk van elkaar maakten de gezinsleden een mindmap rondom het woord verdriet. Volgens moeder was de meest gepaste uitingsvorm van verdriet huilen. Tranen, snikken, hoge ademhaling en een snotterende neus. Ook schreef zij het woord pijn op. Vader kwam tot andere uitingsvormen, namelijk: stilte, in mezelf gekeerd zijn, wakker liggen, niet onder de mensen willen zijn en pijn. Toen we konden stilstaan bij het feit dat niet huilen voor vader niet betekend dat er geen verdriet is, ontstond er ruimte voor gesprek. Ruimte voor elkaars context en perspectief. De pijn van de gezinsleden was gelijk, enkel de uitingsvorm van deze pijn was anders.
Het onderzoeken van definities, bedoelingen en betekenissen van woorden is mijns inziens van essentieel belang om tot verandering te kunnen komen. Zo ook binnen een team. Als we ervan uitgaan dat we weten waarover we het hebben als we bijvoorbeeld de termen feedback of open communicatie gebruiken, hebben we het mis. We stappen dan snel over eventuele verschillen heen waardoor frustratie ontstaat of afspraken niet nageleefd worden. Niet omdat mensen onwelwillend zijn maar omdat blijkt dat ik het woord feedback anders heb geïnterpreteerd en opgeslagen in vergelijking tot de collega naast me.
Ik ben altijd scherp op verschillende betekenissen, verschillen in context en verschillende perspectieven van teamleden. Dat voelt soms een beetje als muggenziften maar ik doe dat omdat ik weet dat we onze informatie zo interpreteren zodat die past binnen ons verwachtingspatroon. Op deze ‘muggenzifterige’ manier stilstaan bij overtuigingen binnen een team zet je op een andere manier aan het denken. Die overtuigingen stel ik graag ter discussie. Dat is soms wat ongemakkelijk want twijfelen aan dingen die je misschien best al lang geloofde, brengt verwarring met zich mee. Ik ben ervan overtuigd dat uit deze verwarring nieuwe perspectieven zullen ontstaan. Nieuwe perspectieven geven ruimte en zorgen voor wederzijds begrip.